Visie op leren

Leren doen we levenslang, en niet alleen op school. Daar waar we op school ondersteund worden door leerkrachten om leerpaden uit te zetten, moeten we in ons latere leven veelal de stappen helemaal zelf zetten om tot leren te komen.

Leren op school moet dus gericht zijn op het ontwikkelen van het vermogen tot leren, leerlingen warm maken voor het leren en ze de tools in handen geven om zelfstandig levenslang te blijven bijleren.

Dat vraagt inzicht in het eigen functioneren en leren, weten hoe je op een betere manier kan leren, hoe je kan bijsturen na een evaluatie.

Daarom is onze manier van lesgeven gericht op het ontwikkelen van het zelfsturend, zelfontdekkend  leren.

De lerenden krijgen alle kansen en worden gestimuleerd om te leren. De lerenden maken vanuit de kennis van de eigen talenten, interesses en mogelijkheden de juiste schoolloopbaankeuzes om een voor hen zo hoog mogelijke en gepaste kwalificatie te bereiken.

Leraren ontwikkelen, mede op basis van de kennis van de eigen leerkrachtenstijl, vaardigheden om in hun onderwijsactiviteiten zowel effectieve instructie als zelfontdekkend leren evenwichtig(er) in te bouwen. Soms is het nodig om een goede instructie te krijgen vooraleer je zelf kan vertrekken, inoefenen. Soms kan de instructie kort en krachtig zijn en kan je er gelijk mee weg. Soms kunnen we zelf op zoek gaan naar een instructie, of proberen we iets uit en leren we bij. Wat voor één leerling op een bepaald moment voor een bepaald vak best is, hoeft dat niet voor een andere leerling te zijn.

In onze school zoeken we naar “flexibele leerwegen” : voor wiskunde delen we de klas in in groepen die verschillen in de mate waarin ze door de leerkracht begeleid worden. De indeling in groepen is niet vast maar afhankelijk van het lesonderwerp. Ook voor de andere vakken maken we een evolutie van klassikaal-samen-leren naar zelfontdekkend leren. De leerkracht wordt meer coach van de lerende. De feedback die leerkrachten geven is direct en functioneel, gericht op het vervolg. Het is steeds een aanmoediging om beter te doen en ook een bevestiging van wat al goed loopt. De feedback is afgestemd op het leervermogen van een leerling voor een bepaald vak.

Leraren ondersteunen maximaal de leerlingen in hun leren, rekening houdend met de diversiteit aan talenten, mogelijkheden en leerstijlen.

Leraren creëren krachtige leeromgevingen, die zelfontdekkend leren mogelijk maken. Als we leren over het bos, gaan we ook naar het bos. Als we rekenen, doen we dat in een context die uit het leven gegrepen is. We hanteren moderne, uitdagende leermethodes en zetten ICT doelgericht in om het leren te ondersteunen.

We leren niet alleen met ons hoofd. Ook met onze handen leren we : zelf dingen kunnen  maken geeft grote voldoening. Door het opzetten van technieknamiddagen komen we in contact met technieken die niet zo evident zijn.

Op motorisch gebied wordt er van in de kleuterschool ruim aandacht gegeven aan bewegen, spelen, ontwikkelen van de grove en fijne motoriek. Door twee lesuren lichamelijke opvoeding per week te voorzien in de kleuter- en lagere school  zorgen we ervoor dat er veel leerkansen zijn.

Ook op muzisch gebied moet het leren uitdagend zijn. De leerkrachten organiseren zich zo dat wie een bepaald talent heeft zoals bijvoorbeeld muziek, dit ook aan een andere klas kan aanbieden.

Misschien wel het belangrijkste wat we leren is leren omgaan met elkaar, en je eigen waarde daarin vinden.  Op onze school wordt gewerkt met de KIVA-methode, waarbij er lessen sociale vaardigheden gegeven worden in de klas. Democratie staat hoog in ons vaandel en dat dragen we ook uit : leerlingen hebben een stem bij de leerkracht en bij de directie en  er is een leerlingenraad die voorstellen doet over wat beter of anders kan.

Leren moet uitdagend zijn en dus graag ook leuk. Maar de leerstof oogt niet altijd even trendy of leuk, soms moeten redelijk saaie dingen ook verwerkt worden. Dan schuilt de voldoening in het meester worden van hetgeen je voordien nog niet kon.

Leren verloopt niet steeds op alle gebieden van een leien dakje. Op school en thuis leer je waarin je goed bent en waarmee je meer moeite hebt. Je leert te gaan voor je talenten en ondersteuning te gebruiken voor wat minder vlot loopt. Hoe verder je komt in je schoolloopbaan, hoe meer keuzes je dient te maken. Het begeleiden van het leren en van het maken van keuzes is mede de taak van de leerkracht en de zorgcoördinator. De school draagt brede zorg voor het leren, zowel bij wie het extra goed gaat als bij wie het soms moeilijker loopt. De kleuters en leerlingen worden systematisch opgevolgd door de zorgcoördinator. Waar nodig wordt het CLB (Fluxus CLB Lier) en het ondersteuningsnetwerk NOA ingeschakeld.